Eén van de meest effectieve manieren om dit probleemoplossend vermogen te ontwikkelen, is via programmeren en robotica. Deze disciplines betrekken leerlingen niet alleen bij leuke en creatieve activiteiten, maar bieden hen ook waardevolle tools om kritisch, logisch en strategisch te leren denken. En prutsen met Lego is één van de meest onderschatte fases van een creatief proces.
Begin in de onderbouw met een Beeebot of een Dash-robot. Stapsgewijs op zoek gaan naar een letter of woord. Of maak een tekening met de pen die eraan vast zit. Verdieping krijg je door het blokprogrammeren (ook wel Blockly) of het kleurprogrammeren van de Ozobot. Geef je leerling extra uitdaging door ze hindernissen te laten printen met een 3D-printer of te bouwen met Lego bouwsteentjes. Bouw een stad met hindernissen en door verschillende opdrachten te geven. Gebruik de juiste code om door deze stad te rijden, maar welke is dat dan? Misschien heeft leerling A wel een andere oplossing dan leerling B, bespreek dat met elkaar en leer van elkaar.
Hoewel programmeren en robotica veel structuur en logica vereisen, bieden ze ook eindeloze mogelijkheden voor creativiteit. Leerlingen moeten buiten de gebaande paden denken om problemen op te lossen wanneer er iets misgaat. En het leren omgaan met mislukkingen en tegenslagen is een cruciaal onderdeel van probleemoplossing. Door doorzettingsvermogen aan te moedigen, helpen programmeren en robotica leerlingen een groeimindset te ontwikkelen. Problemen zien als kansen om te leren en te groeien, in plaats van als obstakels, bouwt vertrouwen op wanneer de leerlingen hun inspanningen uiteindelijk zien leiden tot succes.